“Een alfadier, gewoonlijk naar het geslacht alfamannetje of alfavrouwtje genoemd, is het individuele dier in een groep van een bepaalde diersoort dat duidelijk de leiding heeft. Deze leiding kan de vorm van heerschappij aannemen maar kan ook gewoon op gezag berusten.” (wikipedia)
Laatst had ik een gesprek met iemand over alfamannetjes en groepsdruk bij jongeren. Over de noodzaak om bij een groep te horen. In dit geval ging het om een jongen die in een vriendengroep nogal eens het pispaaltje is. Er worden grapjes gemaakt over zijn eet- en drinkgedrag en over zijn intelligentie. Hij is namelijk volgens de groep ‘een beetje dom’. De jongen zelf beaamt dit.
Om bij de groep te horen gaat hij stoer doen. Hij drinkt het meest van allemaal en ligt als eerste lam op straat. Dat geeft weer reden om te lachen en grappen over te maken. ‘Het hoort er een beetje bij’, kun je denken. Ach, jongens onder elkaar.
Mijn gesprekspartner vroeg eens aan de jongen in kwestie hoe hij deze grappen zelf ervaart. “Ach,” zei de jongen: “Ik heb er geen last van.” Mijn gesprekspartner gelooft dat eigenlijk niet zo. Ik ook niet.
Ik denk dat deze jongen behoorlijk zijn eigen grenzen kwijt is en zich helemaal niet zo fijn voelt. Toch wordt dit groepsgedrag nogal eens als een vriendengroepje vol ‘alfamannetjes’ gezien. Beetje porren en plagen, beetje stoerdoenerij. Een soort leerschool voor later, als ze zich staande moeten houden in de maatschappij. Onschuldig.
Zo kún je er inderdaad tegenaan kijken.
Je kunt er ook anders tegenaan kijken.
Ik zie namelijk geen groep alfamannen, oftewel een groep ‘sterke leiders’. Ik zie ook geen vriendengroep, maar een groep met één (of twee) alfamannen, de leiders, gesteund door volgers; de meelopers en aanmoedigers. De grappen en grollen gaan ten koste van één jongen, het slachtoffer. Wat ik zie is een klassieke pestsituatie. En niet zo onschuldig ook.
Wat de jongen nu doet om bij de groep te horen is doorslaan in extreem gedrag, de clown uithangen. Extreem veel drinken, zichzelf naar beneden halen, lachen om zijn eigen domheid. Dit noem ik destructief gedrag. Het is in mijn ogen niet meer onschuldig als iemand zichzelf zichtbaar schade aandoet omwille van zijn status in de groep, wat helaas ook nog tegen hem werkt. Hij wordt steeds méér uitgelachen.
Wat heeft deze jongen nou nodig?
Hij heeft eigenlijk helpers nodig. Vrienden. Jongens in de groep die hem beschermen tegen zichzelf. Waar zijn ze? Ik ben benieuwd of al deze zogenaamde ‘alfamannen’ zich zo sterk voelen. Zich werkelijk prettig voelen in hun rol in de groep. Ik denk het niet. Ik denk dat ze bang zijn zelf doelwit te worden. En wat is er dan veiliger om met de meute mee te lachen? Meedoen is in ieder geval veiliger dan voor je vriend opkomen.
Wat zou het alfamannetje in de groep kunnen betekenen?
Heel veel. Als jij écht sterk in je schoenen staat als alfaman, als leider, dan hoef je je niet groter te maken dan je bent. Dan heb jij het niet nodig anderen naar beneden te halen of het pispaaltje te laten zijn. Jij bent een assertief mens met leiderschapskwaliteiten. Jij kunt invloed uitoefenen en status verwerven. Prachtig! Daar kun je hele mooie dingen mee bereiken. Nog mooier is het als je deze leiderskwaliteiten positief inzet. Een échte alfaman, een échte leider zou opkomen voor een lid van de groep. Hij zet dan de positieve toon binnen de groep. Dan ben je goed bezig. Dan hou je het veilig en is de cohesie binnen een groep gebaseerd op respect en niet op angst.
Eigen keuzes maken is heel moedig!
Hoe mooi zou het zijn als jij, jongere (welke rol je ook inneemt) inziet dat je pas écht sterk bent wanneer jij je eigen weg gaat en je bewuste keuzes maakt die bij jou passen.
Doodeng, dat wel, want je kunt afgewezen worden door de groep. “Jij hoort niet meer bij ons! Jij past niet meer bij de groep!”
Wat je je vervolgens kunt afvragen is of je dat eigenlijk wel zo erg moet vinden. Wat geeft deze groep jou? Wat geven de individuele personen jou? Zijn het échte vrienden? Mensen waar je op kan bouwen en die je kunt vertrouwen? Zijn deze vriendschappen écht waardevol voor jou of is het misschien tijd om eens te kijken naar personen die jou wellicht veel meer te bieden hebben? Die meer bij jou passen. Waar je je een stuk prettiger en veiliger bij voelt. Dus vraag jezelf een af: past deze groep wel bij MIJ in hoe we met elkaar omgaan?
Ik daag alle alfajongens en meisjes uit om eens wat kritischer te kijken naar je eigen leidersrol en hoe je deze positief kunt inzetten. Ik daag alle volwassenen uit om ‘onschuldig’ groepsgedrag met een kritischer oog te benaderen en ik wens iedere jongere in de groep succes met zijn eigen assertieve keuzes!
Door Bonnie de Ligny – Trainer omgaan met pesten – www.burowelzijn.nl